“Is je hoofd te zwaar?”, vroeg de moeder van Ap als hij er zo bij zat. “Nee mama…”, zei Ap dan. Want je moest met 2 woorden spreken. In dat bordje (op de bodem 2 muisjes en op de rand een stuk kaas aan de ene kant en wat nu tiramisu lijkt maar toen een boterham aan de andere kant) kreeg hij soep, boterhammen, aardappelen, yoghurt, rijst met iets en op zondagochtend havermoutpap. In dat laatste had hij zelden zin: met dat zwaar hoofd als gevolg.
Net als bij Ap nu moest je bij Ap thuis eten wat de pot schaft. Geen “Wat wil je dan, lieverd?” of “Piet, haal jij even patat voor Apje.”. Apje moest die havermout eten, koste wat kots….sorry, kost. Meestal met heel veel suiker, dat mocht dan weer wel.
Maar als je bleef tegensputteren, je bordje niet leeg at, niet met 2 woorden sprak of je mama gewoon een slecht humeur had (of een combinatie van al deze ellende), dan kreeg je alsnog iets anders te eten! Dat kwam dan niet eerst op je bordje terecht maar ging linea recta je mond in: een volle eetlepel sambal!
Dat had de 1e keer effect en de 2e keer ook nog wel. Vanaf de 3e keer moest mama een andere straf bedenken want… hmmmmm, sambal, dat is pas lekker!
Net als bij Ap nu moest je bij Ap thuis eten wat de pot schaft. Geen “Wat wil je dan, lieverd?” of “Piet, haal jij even patat voor Apje.”. Apje moest die havermout eten, koste wat kots….sorry, kost. Meestal met heel veel suiker, dat mocht dan weer wel.
Maar als je bleef tegensputteren, je bordje niet leeg at, niet met 2 woorden sprak of je mama gewoon een slecht humeur had (of een combinatie van al deze ellende), dan kreeg je alsnog iets anders te eten! Dat kwam dan niet eerst op je bordje terecht maar ging linea recta je mond in: een volle eetlepel sambal!
Dat had de 1e keer effect en de 2e keer ook nog wel. Vanaf de 3e keer moest mama een andere straf bedenken want… hmmmmm, sambal, dat is pas lekker!