Veldwerk op Midden Java – door Fridus Steijlen

Sinds 2003 ben ik ieder jaar ruim drie weken in Indonesië voor een audiovisueel project waarin wij het dagelijkse leven op video vastleggen. Het gaat ons om de manier waarop de mensen hun alledag vorm geven. We doen dat op acht locaties en elke vier jaar bezoeken we dezelfde locatie om te zien wat er veranderd en wat niet. Een beetje Jules Verne achtig hebben we het project ‘Recording the Future’ genoemd.

Een van de locaties is Koripan, een klein dorpje bij Delanggu op Midden Java in de buurt van Klaten. Dit jaar was ik daar voor de vierde keer. Koripan kozen we vanwege de huisindustrie. Het staat bekend om zijn smederijen. Vroeger kon je Koripan alleen bereiken met een paard en wagen, een dokar, nu kan dat nog.

Je stapt op tegenover de markt in Delanggu, aan de doorgaande weg van Yogyakarta naar Solo. Een kleine 3 kilometer rijdend tussen de rijstvelden doemt Koripan langzaam op. Hoe dichterbij komt hoe helderder het geluid van de smederijen: een gezang van ritmische slagen op heet ijzer die tezamen een stuk metaal omvormen tot sikkels. Hun aantal is in de loop der tijd afgenomen waardoor het dorp stiller geworden is.

 

Suikergebied
Klaten en omgeving is bekend als suikergebied. In de omgeving zijn de meerdere oude niet meer functionerende suikerfabrieken te vinden. Een aantal heb ik bezocht. Die in Klaten, bijvoorbeeld, wordt gebruikt voor evenementen. Tijdens pasar malams rijden daar wagonnetjes rond met passagiers, getrokken door de oude suiker-stoomlocomotief. De nabijgelegen fabriek in Ceper is vooral vervallen. Maar interessant vanwege een oud Nederlands graf. De bewaker van het complex verzekerde mij dat de gestorvene af toe uit het graf komt en in een wit gewaad over het verlaten complex ronddoolt. Hij was niet bang want ‘de Nederlander’ was een vreedzaam persoon.

Ook in Delanggu is een oude lege suikerfabriek uit het begin van de vorige eeuw. Later, in de jaren zestig tot en met tachtig, werden in deze fabriek zakken gemaakt. Lokaal is de fabriek daarom beter bekend als de zakken-fabriek: Pabrik Karung Goni. De gebouwen staan nu te verroesten. Hier en daar liggen stille getuigen van de Nederlandse aanwezigheid. Zoals een machineonderdeel met het opschrift ´Rotterdam-Jocja 1919´.

Pabrik Karung

Rdam Jocja 1919

Zakkenfabriek
Als je met de dokar naar Koripan gaat kom je langs de Pabrik Karung Goni. Vanaf het kruispunt rij je recht op de poorten van de fabriek af, dan ga je rechts-links om de fabriek heen, richting Koripan. Aan weerszijde van de weg staan huizen van de suiker/zakken fabriek. Links de grotere huizen van het management, nu leeg en eenzaam omgeven door verwilderde tuinen. Rechts van de weg de huizen van de vroegere werknemers. Of eigenlijk staan er alleen nog de muren. De daken en al het hout is weg. Tussen de muren groeien gras en boompjes. De eenzaamheid van de muren maken ze ongenaakbare getuigen van vroegere tijden. Eerst moest ik aan Indië en de bedrijvigheid van de suikerfabriek denken. Misschien door de ‘koloniale’ architectuur van de management huizen en de verwijzing naar 1919 op dat machineonderdeel. Maar natuurlijk vertelden ze ook het verhaal van de zakkenfabriek, van de economische bedrijvigheid lang nadat de Nederlanders waren vertrokken.

ongenaakbare getuigen

Siman
Dit jaar kwam er een ander leeg huis bij, nog niet zo vervallen. Een Indonesische collega uit Jakarta vertelde dat haar familie uit de omgeving Klaten kwam. Uit het dorpje Siman, vlak bij Koripan. Haar ouders en grootouders waren al overleden maar haar grootouderlijk huis stond er nog. Ik beloofde om het dorpje en huis te bezoeken. Aan de rand van Siman trof ik een familielid. Ze wees ons het huis. Het stond al 8 jaar leeg. Er kwam nooit iemand. Af en toe deed ze de deuren en luiken open zodat het huis kon ademen en veegde ze het erf. Het huis stond te wachten op verval. Niemand wilde het onderhouden. Dat het er nog zo goed uit zag kwam volgens het familielid omdat voor de houtconstructies djatihout was gebruikt. Hout van de Indische eik, teakhout. ‘Gelukkig maar’, zei ze, ‘anders was het nu een ruïne’.

Siman

Ik realiseerde me dat dit huis en de woningenskeletten op de weg naar Koripan hetzelfde verhaal vertelden. Afhankelijk van de kwaliteit van het hout zullen ook in Siman de muren getuigen worden van wat eens was. En vertellen over de tijd dat het nog druk in het dorp was, zoals de huizen langs de weg naar Koripan vertellen over de vroegere economische bedrijvigheid. De snelheid waarmee het huis in Siman een ongenaakbare getuige van vroeger tijden wordt, is afhankelijk van de kwaliteit van het hout.

Door: Fridus Steijlen (KITLV)

  • Geplaatst op:

    30 juni 2016

  • Categorie:

    Algemeen